Bedrijven die dns-diensten aanbieden en datacenters zijn voortaan vitale aanbieders, zo heeft minister Micky Adriaansens van Economische Zaken en Klimaat besloten. Dit moet de digitale weerbaarheid van Nederland verhogen en de gevolgen van cyberincidenten beperken. Zo schrijft de minister in een brief aan de Tweede Kamer.
Vorig jaar liet de overheid onderzoek uitvoeren of datacenters als vitale infrastructuur moeten worden aangemerkt. Door een reeks overnames zijn vrijwel alle datacenters rond Amsterdam in buitenlandse handen gekomen. Het gaat dan met name om Amerikaanse partijen. Daarnaast werd gekeken of er meer dns-provider zijn die als vitaal moeten worden aangemerkt. Dat was in eerste instantie alleen voor beheerders van een register voor topleveldomeinnamen zoals het .nl-domein.
In Nederland staan zo’n honderdveertig gebouwen die als datacenter fungeren. Volgens de onderzoekers bestaat er in diverse regio’s in het land een gebrek aan keuze van datacenters, wat kan leiden tot een single point of failure, met mogelijk grote gevolgen op regionale schaal bij uitval. Verder is een beperkt aantal datacenters dermate omvangrijk dat zij als “te groot om te falen” moeten worden beschouwd. “Het uitvallen van één of meer datacenters kan maatschappelijke ontwrichting tot gevolg hebben”, waarschuwden de onderzoekers.
Vitaal
Vandaag laat minister Adriaansens aan de Tweede Kamer weten dat er reden is om meer dns-providers in Nederland als essentieel te zien dan nu het geval is. Het gaat dan om aanbieders zoals hostingbedrijven die dns-diensten leveren aan een groot aantal klanten, bijvoorbeeld in het mkb. “Een incident bij een aanbieder kan leiden tot honderdduizenden onbereikbare websites, e-mailsystemen, enzovoorts. Ik ben voornemens om dergelijke omvangrijke aanbieders aan te merken als vitale aanbieder”, aldus de minister. Een groot deel van deze aanbieders wordt de komende tijd aangewezen.
Er is reden om in Nederland meer DNS-dienstverleners als essentieel te zien dan nu het geval is.  Het gaat dan om aanbieders zoals hostingbedrijven die DNS-diensten leveren aan een groot aantal klanten, bijvoorbeeld in het mkb. Een incident bij een aanbieder kan leiden tot honderdduizenden onbereikbare websites, e-mailsystemen, enzovoorts. Ik ben voornemens om dergelijke omvangrijke aanbieders aan te merken als vitale aanbieder en hen bij ministerieel besluit aan te wijzen als aanbieders van essentiële diensten.  Voor deze aanbieders gaan dan de zorg- en meldplicht uit de Wbni gelden. Dat betekent dat zij ernstige incidenten moeten melden bij zowel het Nationaal Cyber Security Centrum (NCSC) van het Ministerie van Justitie en Veiligheid als bij de toezichthouder (meldplicht) en dat zij passende maatregelen moeten treffen ter beveiliging van hun netwerk- en informatiesystemen (zorgplicht). Het Agentschap Telecom zal toezicht houden op de naleving hiervan. Ook kunnen aanbieders terecht bij het NCSC voor advies en ondersteuning bij digitale dreigingen en incidenten.
Dat betekent dat deze partijen ernstige incidenten moeten melden bij zowel het Nationaal Cyber Security Centrum (NCSC) van het ministerie van Justitie en Veiligheid als bij het Agentschap Telecom en dat zij passende maatregelen moeten nemen om hun ict-infrastructuur te beschermen. Ook kunnen aanbieders terecht bij het NCSC voor advies en ondersteuning bij digitale dreigingen en incidenten.
Ook datacenters hebben voortaan het label “vitaal”. Volgens de minister is de continuïteit van datacenters van vitaal belang voor het functioneren van de digitale infrastructuur. In de toekomst zullen datacenterdiensten onder de herziene NIB-richtlijn komen te vallen en daarmee onder meer een zorgplicht krijgen en onder het toezicht gaan vallen. Dit zal naar verwachting in de loop van 2024 werking krijgen. “Ik vind het verstandig om vooruitlopend daarop bepaalde datacenters nu al aan te wijzen, zodat zij ernstige ict-incidenten moeten melden bij het NCSC”, laat Adriaansens weten.