Tijdens het NLconnect Breeduit Jaarcongres 2024 kregen ruim 150 bezoekers een tour langs de indrukwekkende inspanningen die de telecom-, breedband- en glasvezelindustrie levert om te vergroenen: van emissieloos aanleggen van nieuwe netten tot levenscyclusanalyses, circulaire smartphones en immersion cooling van servers. En de (vele) uitdagingen die daarbij komen kijken. Een verslag.
Het jaarlijkse ontmoetingsmoment van de Nederlandse telecom-, glasvezel- en breedbandwereld had dit jaar Duurzaam Verbonden als thema. De telecom-, glasvezel- en breedbandindustrie levert immers een cruciale bijdrage aan de verduurzaming van andere sectoren: digitale connectiviteit maakt de transitie naar een groenere economie mogelijk en draagt bij aan reductie van CO2-uitstoot in tal van industrieën. Digitalisering is een enabler van de mondiale duurzaamheidsdoelstellingen. Maar de toenemende vraag naar sneller en betrouwbaarder internet brengt zelf ook een ecologische voetafdruk met zich mee. Dat thema werd vanuit verschillende invalshoeken belicht, onder leiding van dagvoorzitter Annemarie Brüning.
Stevige positie NLconnect
NLconnect-voorzitter Gerlas van den Hoven trapte af en stond stil bij de ontwikkeling van de vereniging NLconnect. Sinds kort zijn alle grotere providers en operators lid, inclusief alle mobiele operators. De Groep Graafrechten is ook in de vereniging geïntegreerd. Dat heeft de positie van de vereniging versterkt. Maar we kunnen niet op onze lauweren rusten, zo gaf hij aan. Telecom en breedband worden vaak als vanzelfsprekend gezien, maar het vergt heel veel investeringen om onze positie te behouden. Investeringen in uitrol van nieuwe glasvezelverbindingen, in upgrades van bestaande netwerken, in verduurzaming van materialen en vermindering van energieverbruik, in uitrol van meer antenne-opstelpunten voor 5G en straks 6G, in private 5G, in redundantie en in andere upgrades die de continuïteit van de dienstverlening borgen. Om zulke investeringen te kunnen doen is een overheid nodig die zorgt voor de juiste condities. NLconnect slaagt erin om daarvoor in Den Haag steeds meer aandacht te krijgen. De stevige basis van de vereniging zorgt er ook voor dat NLconnect effectiever kan werken aan samenwerking in de industrie.
NLconnect PCR’s en werkgroep duurzaamheid
Een mooi voorbeeld daarvan gaf NLconnect-directeur Mathieu Andriessen. De branchebrede rekenregels voor passieve en actieve glasvezelproducten zijn onlangs door NLconnect gepubliceerd. De verwachting is dat ze later dit jaar ook tot nationale standaard worden verheven. Fabrikanten kunnen hiermee op een gestandaardiseerde manier de milieubelasting van veelgebruikte producten in de glasvezel- en telecomindustrie in kaart brengen. Daarmee maakt deze industrie haar footprint beter meetbaar, maar kan zo ook sturen op reductie van emissies. De NLconnect PCR’s zijn voor elke fabrikant, leverancier en telecompartij nu al vrijelijk te gebruiken.
Ook is NLconnect gestart met een werkgroep duurzaamheid. Daar worden thema’s uitgewerkt zoals uniforme meetbaarheid van circulariteit, emissie-vrij bouwen van telecomnetten, maar ook hoe partijen van elkaar kunnen leren bij de rapportage verplichtingen uit de CSRD-richtlijn.
Ook op andere thema’s is er veel voortgang, zo vertelde Mathieu. Zo organiseerde NLconnect een sessie over NIS 2 en CRA en reageerde de vereniging in detail op de consultatie van de NIS2 implementatie. En op het gebied van de technische kwaliteit zijn dit jaar de eerste branchebrede examens afgenomen door de Stichting FttX Certificering en is inmiddels de helft van de branchebrede certificaten voor glasvezeltechnici beschikbaar.
Actieplan Duurzame Digitalisering
Margaux Morssink, Senior Beleidsmedewerker Digitale Economie bij het Ministerie van Economische Zaken ging vervolgens verder in het Actieplan Duurzame Digitalisering. De digitale infrastructuur levert een enorme welvaartsbijdrage, met een relatief kleine milieufootprint. Het actieplan verscheen voor de zomer en kent drie actielijnen: hoe kan de digitale sector verder verduurzamen, hoe kunnen we digitalisering inzetten voor verduurzaming en welke randvoorwaarden zijn daarvoor nodig?
Bij de eerste actielijn is een van de acties het verhogen van de circulariteit van eindgebruikersapparaten en het terugbrengen van e-waste, maar ook de financiering van fieldlabs voor duurzamere datacenters. De tweede actielijn richt zich vooral op de sectoren energie, mobiliteit, industrie, gebouwen, landbouw en de overheid zelf. Margaux riep de zaal op tot samenwerking, kennisontwikkeling en innovatie, want publiek private samenwerking is een randvoorwaarde voor succes.
Samenwerking in de branche
Jeroen Kanselaar, manager ESG ( Environmental, Social & Governance) bij Eurofiber en voorzitter van de sustainability committee van de FttH Council Europe, kwam met voorbeelden van zulke samenwerking en kennisontwikkeling in de markt. Net als veel andere netwerkeigenaren heeft Eurofiber als onderdeel van de bredere ESG-doelen een duurzaamheids-ambitie. Het bedrijf wil in 2030 scope 1 en 2 van haar footprint hebben gereduceerd met 100% en ook 100% circulaire producten in haar netwerk gebruiken. Scope 1 en 2 zijn goed onder controle te krijgen met energiebesparende maatregelen, duurzaam opgewekte elektriciteit en een elektrisch wagenpark.
De uitdaging zit vooral in scope 3. Bij Eurofiber is dat 97% van de emissies. Eurofiber legt daarom nadrukkelijk de verbinding met de bredere branche en zoekt de samenwerking in de keten. Een belangrijke stap is om met leveranciers afspraken te maken over het berekenen van de CO2-footprint van de belangrijkste producten. Dat gebeurt met Levenscyclusanalyses (LCA) en Environmental Product Declaration (EPD), waarbij de NLconnect PCR’s instrumenteel zijn. Met de FttH Council ontwikkelde Jeroen ook Eco Platform, een database met LCA uitkomsten en een tool om de CO2 uitstoot van de Europese glasvezelsector te berekenen. Dat sluit ook aan de ambitie van de ITU, die werkt aan een wereldwijde database met emissiefactoren van producten en IT-diensten.
Emissieloos bouwen
Diederik Tuin, Mechanical engineer bij BAM Infra Materieel B.V, gaf vervolgens een inkijk in de wereld van het emissieloos bouwen. Als aannemer heeft BAM de doelstelling om in 2026 scope 1 en 2 van haar footprint hebben gereduceerd met 80% ten opzichte van 2015. Scope 3 moet dan met 50% zijn afgenomen. Maar anders dan bij een netwerkbedrijf omvat scope 1 en 2 bij een aannemer een groot deel van de emissies. BAM heeft inmiddels al 56% reductie gerealiseerd. Emissieloos materieel is daarbij essentieel. Ongeveer 20% van het materieel is inmiddels emissieloos, van trilplaten en minigravers, tot blaasapparatuur voor glasvezel. Maar ook van de bouwkeet is er in een emissieloze versie. Niet alles is off the shelf emissieloos verkrijgbaar en in een aantal gevallen moet BAM de dieselmotor van beschikbare apparaten vervangen. Maar de grootste uitdaging is om voldoende stroom beschikbaar te hebben op de bouwplaats, om klein én groot elektrisch materieel op te kunnen laden. Daartoe zet BAM verschillende batterijen in en in grotere projecten zelfs een waterstofaggregaat. Meerdere werken zijn zo al volledig emissieloos uitgevoerd.
Reductie van energieverbruik
Jeroen Cox, VP Energy & Environment bij KPN, sprak over de duurzame transformatie van KPN: hoe wordt de ambitie richting net zero vormgegeven om emissies te reduceren voor zowel het eigen bedrijf als in de keten. Scope 2 is bij KPN – als mobiele operator en B2C provider – omvangrijker dan bij collega Eurofiber. Het bedrijf zet daarom grote stappen in reductie van energieverbruik. Met onder meer modernisering van het netwerk en verhogen van de energie-efficiëntie is inmiddels een reductie van 48% gerealiseerd ten opzichte van 2010. Terwijl het gebruik van data door het dak ging! Om verzekerd te zijn van voldoende groene stroom, sprak KPN af om op jaarbasis ruim 47 gigawattuur aan stroom af te nemen van Eneco’s grootste zonnepark op land. Daar komt in 2027 nog eens ruim 200 gigawattuur aan stroom bij van het nieuwe windpark Ecowende, dat op zee wordt gebouwd ter hoogte van IJmuiden. Tenslotte sprak Jeroen over de inzet van KPN op circulariteit en biodiversiteit.
Act responsibly
Monique Lempers, Chief Impact Officer bij Fairphone deelde de missie van de smartphone-fabrikant: ‘to inspire the industry to act more responsibly, by establishing a viable market for ethical electronics’. Fairphone verkleint de ecologische voetafdruk van haar smartphones en andere devices en vergroot de sociale impact, met business KPI’s voor gebruik van eerlijke materialen, eerlijke arbeid en fabricage, inzet op een lange product-levensduur en door hergebruik en recycling. Het bedrijf is daardoor onder meer leidend op het vlak van repareerbaarheid, lange software support, reductie van e-waste, recycling en eerlijke mijnbouw van grondstoffen. Al met al een lichtend voorbeeld voor andere fabrikanten van actieve apparatuur en passieve materialen!
Immersion cooling
Ludo Baauw, Group CEO en founder van de Intermax Group, sprak over de duurzame inspanningen van Intermax als Managed Service Provider. Die begonnen met laaghangend fruit: een ISO 14001 certificering, elektrisch (en minder) rijden, lease-fietsen voor werknemers en stoppen met vliegen. Maar Service Providers en hun eindgebruikers kunnen veel meer doen. Denk aan meer data archiveren en weggooien. De inzet van Intermax is om minder stroom te gebruiken per workload, door onder meer efficiënte servers en randapparatuur en inzet van technieken als Kubernetes & cloud native. Met datacenters wordt samengewerkt om koude en warmte te scheiden en afgevangen restwarmte te hergebruiken. Op termijn is het doel dat de airco’s de deur uit kunnen door te koelen via vloeistof. Ludo deelde zijn eerste ervaringen als pionier op het vlak van immersion cooling. Er zijn closed cooling oplossingen die passen in 19”racks. De voordelen zijn met zo’n 30% minder stroom- en watergebruik en hergebruik van restwarmte evident. Maar nog niet elk moederbord past er in en datacenters werken niet optimaal mee, omdat je gewoon nog betaalt voor de koeling. De energiebesparing zit bij het datacenter, maar die geeft geen korting bij gebruik van immersion cooling. Kortom: ook hier is samenwerking in de keten essentieel!
Panel: CSRD en afvalstromen
Ten slotte namen de sprekers plaats in een panel. Daar kwamen thema’s aan de orde als greenwashing (dat zien we steeds minder), regelgeving uit Europa zoals de Corporate Sustainability Reporting Directive (CSRD), het Right to Repair of de Energy Efficiency Directive (EED) en best practices rond het verminderen van afvalstromen.
Netwerkborrel en diner
Na het inhoudelijke middagprogramma werden naast de sprekers en organisatie natuurlijk ook de sponsors van het event bedankt : AVM, BAM Telecom, Genexis, Huawei, Netways Europe, Qonnected/ONVI, TriNed en mediapartner IT Channel Pro. Daarna was er uiteraard een netwerkborrel en diner, waar nog uitvoerig werd nagepraat.