Vorige week voerde ik een gesprek over technologie dat heel anders was dan mijn gebruikelijke gesprekken over innovatie. Meestal praten we enthousiast over alle mooie dingen die tech ons brengt, maar deze keer sprak ik met Karien Sondervan, directeur van Cybersoek, een stichting die Amsterdammers helpt hun digitale vaardigheden te ontwikkelen. En ja, toen ging het ineens niet over de nieuwste gadgets of AI-tools, maar over de 2,5 tot 4 miljoen mensen in Nederland die digitaal niet mee kunnen komen. Zoveel?! Dat kwam toch wel even binnen.
Als jij dit leest, zit je waarschijnlijk ook aan de tech-kant van de samenleving, net als ik. Wij navigeren soepel door het digitale oerwoud – formulieren aanvragen, bankieren, bestanden up- en downloaden; het zijn voor ons dagelijkse kost. Voor miljoenen Nederlanders echter is dit digitale bos een doolhof. Zij lopen vast bij digitale loketten, kunnen zorgtoeslagen of een woning nauwelijks aanvragen, en hebben moeite met DigID of online bankieren.
Het beeld dat ik had? Dat het vooral om ouderen en misschien een kleine groep allochtonen ging die “het allemaal niet begrijpen.” Maar de Fabeltjeskrant op de website Digitaleinclusie.nl zette me op mijn plaats. Die laat namelijk haarscherp zien dat het niet gaat om gemakzuchtige mensen of een uitstervende groep. Integendeel: grote delen van onze samenleving lopen het risico digitaal achterop te raken. Onderzoekers van UMC Amsterdam waarschuwen voor een toekomst waarin basiszaken zoals ziekenhuisafspraken maken, belastingaangiftes doen, solliciteren, en zelfs online onderwijs ontoegankelijk worden voor een groeiende groep.
Digitale inclusiviteit is cruciaal – niet alleen om onze koploperspositie te behouden, maar vooral om te voorkomen dat deze mensen zich buitengesloten voelen. Dus als wij straks nieuwe tools ontwikkelen, laten we dan zorgen dat die groep niet vergeten wordt. Want technologie moet ons vooruit helpen, en dat geldt voor iedereen.